door: Peter Mertens |
|
De krop spannen voor de degelijke D? De amandelen schrapen voor een enge E? De fluimen laten vliegen voor een fluitende F? Het gehemelte pijnigen voor een gruwelijk scherpe G? Een hemels hoestende H? Een irritant ikkende I? Een jeukende J? Een knakkende K? Hebt u de longen horen lullen voor en lallende L? De mond mooi zien M-en? De neus laten neuzen voor een N? Een olijke O? Een ploppende P? Een Q van hoge Kwaliteit? Een rollende R? Een sensueel slissende S? | een tetterende T? Een urende U? Een vavvende V? Een wiwwende W? Een Seksende X? Een gespreide Y? Een slapende Z?
Nee, nee, neen. Terwijl wij weten waaraan u denkt bij 'Kut' en 'Lul', denkt de Typofiel de Letterneuker bij uitstek, aan het spatiëringsprobleem tussen de U en de L, aan geen ander lichaam dan het corps, geen andere paal dan de stam, geen hoogte- maar een punt meer of minder. <-- terug | lees verder --> |
©1995 TYP/Typografisch Papier and the author
|