door: Koosje Sierman |
|
Al met al een wonderlijke verschijning, deze Libra , vol van wat de auteur van de letterproef -en waarschijnlijk was dit De Roos zelf- weinig soepel omschreef als "die eigenaardige en begeerde kantige levendigheid" (1). Het idee voor een dergelijke letter kwam niet zomaar uit de lucht vallen. De Westerse drukletterwereld was al enige decennia lang verwikkeld in een strijd over het alom verbreide, gemengde gebruik van twee soorten letters, namelijk onderkast en kapitalen. Omdat deze beide soorten elk hun eigen ontstaansgeschiedenis en formaat hebben, vonden veel ontwerpers het principieel | en stilistisch onjuist om ze tegelijk in een tekst toe te passen. Sommigen van hen, de `monumentalen' klampten zich vast aan de kapitalen; anderen, waaronder Tschichold, klampten zich juist vast aan de onderkast die volgens hen ook veel herkenbaarder was. Door enkele `modernisten' werd zelfs een radicale afschaffing bepleit van alle kapitalen. In Frankrijk wierp A.M. Cassandre zijn Peignot (1937) in de strijd: een moderne constructie van kapitalen, aangevuld met elementen uit de onderkast, en bedoeld voor het gebruik als onderkastalfabet. lees verder --> |
©1996 TYP/Typografisch Papier and the author
|