Jachtpartij (naar Comenius)
Een jager jaagt op wild waarbij hij het bos
omsingelt met netten op vorken de speurhond
volgt het spoor van 't wild of snuift een
door de windhond voortgedreven geur in de
lucht zo zijn de taken hier verdeeld:
de wolf het vluchtend edelhert valt
in een valkuil het wilde zwijn wordt
geraakt door speren op de beer storten
zich de volghonden.
Beren worden gedood met knotsen
als iets wegvlucht ontsnapt het
zoals hier de haas en de vos.
Begin en einde van bestaan
bestemming is daar waar we
heengeschreven raken wat
er dan gebeurt: vallen
eenmaal nuchtere netten dan
zijn we gegeven de taakverdeling
gevangen hoe wild we ook
vlieden kunnen.