De in de documentaire Profils Paysans van Raymond Depardon geportretteerde boeren zijn meestal zeer oud en volgens de voice over alleenstaand. De overige geportretteerde boeren in de bescheiden boerderijen van natuursteen op de natte hellingen in de Ardéche en de Haute Loire zijn alleenstaand maar niet bejaard en daarom veel minder tegen het etiket ‘zonderling’ beschermd. Sommige mannen hebben uit gemakzucht en desinteresse heel lang haar. Truien dragen ze allemaal. Er is er een die met de tractor zijn boodschappen doet, zeven stokbroden in een vuilniszak en een pot met zoet beleg. Praten lijken ze alleen met een zekere tegenzin te doen. Wellicht is er geen noodzaak toe daarom houden ze vooral hun mond.
Depardon beleeft als boerenzoon op elk erf dat hij bezoekt zijn eigen jeugd. Hij legitimeert met deze oprechte portretten in zekere zin zijn afkomst die achteloos als onbeduidend kan worden weggezet. Meestal zitten de boeren in zijn film aan tafel en kijken onbestemd in hun kom met koffie of ze kijken voor zich uit. Zijn weergave is feitelijk en ontdaan van elk commentaar. Heel af en toe stelt hij een eenvoudige vraag. De films zijn zwaarmoedig en niet nostalgisch . Het is soms alsof je bij grotbewoners naar binnen kijkt.
Ook denk je aan Van Gogh’s Aardappeleters in hun donkere negentiende eeuwse hut bij het zien van deze documentaire; de aanblik is die van vreugdeloze bewoners van een schamele behuizing die stil in de tijd staat. Je zou de boeren in Profils Paysans willen vragen waarom ze volharden in dit bestaan terwijl warm water, comfortabele stoelen en een betaalde verzorging tegenwoordig voor iedere Europeaan beschikbaar zijn. Hun positie lijkt er een van verlies en onmacht maar hun aanblik wekt ook de indruk van een bewuste manifestatie tegen de moderne tijd.
Franse boeren, daar zijn er veel van. Europese subsidies voor landbouw worden vooral door lidstaat Frankrijk met verve verdedigd. Protesten van boeren worden door de machthebbers gevreesd, getalsmatig is de beroepsgroep, in de klassensamenleving die Frankrijk is, een factor van belang. Anderzijds genieten zij bescherming omdat op hen een aantal typisch Franse waarden worden geprojecteerd. Volgens Charles de Gaulle was Frankrijk een kaas-en wijnland. De boer is uit de aard der zaak een personage wiens bestaan verbonden is met zijn grond. Hij is de thuisblijver bij uitstek. Zijn rechten zijn onvervreemdbaar op voorwaarde dat hij zich niet verplaatst.
De boer is in het algemeen het embleem van onschuld, waarheid en harmonie. Vooral in tijden van crisis wordt er in die zin een beroep op hen gedaan. Het is een professie die uitsluitend met ernst wordt beschouwd. Depardon’s benadering is niet alleen ernstig maar zijn boer- en wereldbeeld is ook nog tragisch. Het komt er op neer dat iedereen na een klein bestaan dood gaat.
J.D.